zondag 22 februari 2015

Inflatie, niet of maar wanneer

Deflatie is een begrip dat recent veelvuldig opduikt in de media. Een bijzonder lezenswaardig  artikel hieromtrent verscheen bijvoorbeeld de afgelopen week in het Dagblad van het Noorden van de hand van Gerrit Gorter.

Deflatie treedt doorgaans op  als de omvang van de geldhoeveelheid de groei van de productie en afzet van bedrijven niet kan bijhouden en/of als de aanwezige liquiditeiten in de samenleving mondjesmaat worden gebruikt, uitgegeven. We spreken in het laatste geval van oppotten. Dit  is het geval in de Eurozone: er zijn ruim voldoende geldmiddelen aanwezig bij multinationale ondernemingen en andere instellingen maar met investeren wil het nog niet vlotten. Noodzakelijke vervangingsinvesteringen en investeringen in innovatieve productieprocessen moeten versnelling in bestedingen in gang zetten. Echter zodra het vliegwiel begint te draaien kan het, gezien de ruime voorraad liquide middelen en de politieke wens om de werkgelegenheid op te krikken, snel gaan met de toename van de bestedingen.
De eenmaal op gang gekomen geldstroom zal sneller groeien dan de productie met als gevolg sterk stijgende prijzen.Wanneer dit zal gebeuren hangt voor een groot deel af van geopolitieke ontwikkelingen in Europa en het Midden-Oosten.
Rust op het politieke front zal de inflatie aanwakkeren.

Niet alleen in West-Europa  ligt er veel koopkracht op de plank, maar ook wereldwijd met name bij beursgenoteerde multinationals en in China. Het afremmen van de waardedaling (inflatie) van dollar en euro zal in de komende 10 jaar een enorme uitdaging worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten